De NS wil/wilden: is NS nou enkelvoud of meervoud?

De nacht van vorige week donderdag op vrijdag heb ik niet thuis geslapen. Nadat ik eerst nog gezellig meedeed met #stormpoolen trok ik al snel de conclusie dat het niet ging lukken. Omdat ik ook geen zin had in een overvolle trein besloot ik de nacht door te brengen bij vrienden van m’n ouders. Die vonden dat gelukkig goed. Na een goede nachtrust werd ik bij het ontbijt direct weer aan de stress van gisteren herinnerd. Trouw opende namelijk met deze kop:

Screenshot 2018-01-19 09.32.34

Die kop is taalkundig interessant, want er komt een Heet Hangijzer uit het taaladvies in voor, te weten: is NS enkelvoud of meervoud?

De NS wil/wilden

Ter introductie: er kan twijfel bestaan over het getal van NS, en daarmee over het getal van het bijbehorende werkwoord. De afkorting NS staat namelijk natuurlijk voor Nederlandse Spoorwegen. Spoorwegen is meervoud, zeggen sommigen, en dus moet het werkwoord in het meervoud. Maar de NS is één bedrijf, zeggen anderen, en dus krijg je enkelvoud. Voor beide redeneringen is wel wat te zeggen. Dus, voor wie niet verder wil lezen en alleen op zoek is naar advies: er is geen doorslaggevende reden om het een of het ander te doen, volg je hart.

Interessant genoeg (en tot niemands verrassing) zijn taaladviseurs het niet eens over de keuze. Een aantal voorbeelden (soms ook over de VS of de VN):

Naïeve discongruentie komt alleen bij vergissing voor. Gewoonlijk is er een bijgedachte die de ontsporing veroorzaakt: a. Het onderwerp wordt naar zijn getal verkeerd geïnterpreteerd: De V.S. heeft een grote verantwoordelijkheid op zich genomen. (Hermkens 1974)

Nu we het toch over de Nederlandse Spoorwegen hebben, wat moet het zijn:
17a De NS hebben de tarieven weer verhoogd?
17b De NS heeft de tarieven weer verhoogd?
Ook hier ziet u dat de betekenis van het onderwerp het getal van de persoonsvorm beïnvloedt. De NS wordt ondanks het meervoud ook als enkelvoud gezien. (Renkema 1979)

Met werkwoord: NS bouwt aan de toekomst (enkelvoud; het Witte Boekje vermeldt meervoud achter het lemma NS, maar wij sluiten aan bij het gangbare spraakgebruik). Echter: de (Nederlandse) Spoorwegen (voluit) zijn … (meervoud). (Sanders & Metselaar 2002)

Meervoudige namen van landen, instellingen en organisaties behandelen we als meervoud, ook wanneer ze afgekort worden: De Nederlandse Spoorwegen/de NS lijden (De Berg 1999)

Wat is juist: De Verenigde Naties / De VN heeft de troepen teruggetrokken of De Verenigde Naties / De VN hebben de troepen teruggetrokken?
Alle varianten zijn correct. Bij Verenigde Naties is de meervoudige persoonsvorm het gebruikelijkst: De Verenigde Naties hebben de troepen teruggetrokken. Bij de afkorting VN zijn het enkelvoud en het meervoud beide gebruikelijk: De VN heeft/hebben de troepen teruggetrokken. (Taaladvies.net)

Zowel ‘De VS is een groot land’ als ‘De VS zijn een groot land’ is juist; de voorkeur gaat uit naar het enkelvoud. Als VS voluit wordt geschreven als Verenigde Staten, is het meervoud juist: ‘De Verenigde Staten zijn een groot land.’ (Taaladviesdienst Onze Taal)

En zo heb ik nog 38 voorschriften over deze kwestie. De volledig uitgeschreven vorm wordt door vrijwel iedereen uitsluitend als meervoud geaccepteerd. Enige uitzondering hierop lijkt taaladvies.net te zijn. Ik laat de uitgeschreven vorm verder buiten beschouwing. Wat betreft de afkorting (NS, VS, VN) wordt enkelvoud, meervoud of allebei geaccepteerd. Hieronder een overzicht van hoe vaak de verschillende interpretaties voorkomen in mijn sample van 44 taaladviespublicaties:

  1. alleen enkelvoud: 25x (57%)
  2. alleen meervoud: 12x (27%)
  3. allebei: 7x (16%)

Het is direct duidelijk: men is het er niet over eens. Toch is enkelvoud de veiligste keuze, afgaande op het taaladvies. “De NS heeft” wordt immers door 73% (57+16) van de adviseurs goedgekeurd, tegen 43% meervoud. Interessant zijn nog de volgende observaties:

  • Het taaladviesprobleem lijkt redelijk recent: Charivarius noemt al wel Staten-Generaal, maar verder komt het in mijn corpus voor 1990 alleen voor bij Dominicus (1962), Hermkens (1974), Renkema (1979), Apeldoorn & Pot (1983) en Renkema (1989). Let wel: ik kijk alleen naar de 20e eeuw.
  • Acceptatie van alleen meervoud lijkt ouderwetser: van de bovenstaande zes gidsen accepteert alleen Renkema enkelvoud.
  • Er is in de periode 1990-2017 geen duidelijke ontwikkeling meer in de acceptatie van het een of het ander.
  • De argumentatie komt in het kort neer op wat ik al eerder schreef: accepteer je NS als één bedrijf (best iets voor te zeggen), dan ga je voor enkelvoud, ga je uit van Spoorwegen dan kom je op meervoud.

Doen wat je zegt te doen

Mijn hele promotie richt zich op de relatie tussen voorschrift en gebruik. Ik had nu zo snel geen tijd gehad om te kijken of er in dit geval sprake is van een relatie en wat die is, maar ik kan wel kijken naar gebruik. Dat is namelijk al direct interessant. De NS zelf gebruikt bijvoorbeeld enkelvoud (Update: de NS beschouwt de NS inderdaad als één bedrijf, zie hier): “NS is actief in de wereld van het openbaar vervoer.” Je zou dus kunnen denken dat andere instanties dat volgen. Houet 2000 zegt immers:

“Of we dergelijke benamingen altijd als meervoud of als enkelvoud moeten beschouwen, hangt onder meer af van de keuze van de organisatie zelf.”

Zoals we hierboven zagen wordt dat niet gedaan. Maar wat is de voorkeur van de taalgebruiker? Trouw doet dit duidelijk niet, maar houdt zich wel consequent aan de eigen regel, zoals gesteld in het Trouw Schrijfboek (De Berg 1999). Ook NRC houdt zich aan de eigen regel, en gebruikt (hier bijvoorbeeld) enkelvoud. De Volkskrant lijkt zich echter niet aan de eigen regels te houden. Zowel in 1992 als in 1997 stelt de Volkskrant in haar Stijlboek dat NS als meervoud moet worden opgevat, maar in dit stuk staat enkel enkelvoud. Misschien is er inmiddels een nieuwe gids uit, maar zo niet, dan moet er toch iets meer aan redactie worden gedaan. Of de regel moet worden aangepast.

Wat kiest de taalgebruiker

Deze casus is een van de gevallen waar ik binnen mijn proefschrift aan werk. Een uitgebreidere analyse van gebruik volgt later dit jaar. Maar voor de aardigheid is het leuk om even snel te kijken of er een heel duidelijke ontwikkeling in enkelvoud/meervoud is waar te nemen. Ik keek daarom op een aantal verschillende plekken.

Allereerst twee wilde zoekopdrachten op Google. Die resultaten spreken voor zich: “NS heeft” levert aanzienlijk meer hits op (±77.000, 19/1/2018 16:32) dan “NS hebben” (±14.00, idem), en “NS is” komt vaker voor dan “NS zijn” (981.000 vs 18.900, 19/1/2018 16:51). In de groep meervoud zitten bovendien samengestelde onderwerpen zoals “De NS en ProRail hebben besloten”. Vervolgens bekeek ik 1000 Tweets die op 19 januari ongeveer tussen 10.00 en 14.30 werden gestuurd, en waar “ns” in voorkwam. De dichtheid was nogal laag, maar toch inzichtelijk. De 51 tweets waarin “De NS” onderwerp was vatten dat onderwerp namelijk in 100% van de gevallen op als enkelvoud.

Update: schrijver en promovendus Bram Faber bekeek de ontwikkeling van het meervoud en enkelvoud op Google. Op basis van die data lijkt het gebruik van enkelvoud toe te nemen!

Screenshot 2018-01-26 10.12.34

Wat gebeurt er in 2002 in het NRC?

Ten slotte zocht ik op “NS” in het VU-DNC-corpus. Dit corpus bestaat uit twee verzamelingen krantenberichten uit de vijf grote kranten (NRC, AD, Volkskrant, Trouw en Telegraaf), een uit 1950/1951 en een uit 2002. Leuk, dacht ik: vergelijken hoe het gebruik is veranderd! Helaas kwam “NS” als afkorting niet voor in het oudere materiaal. In het nieuwere materiaal kwam het daarentegen een aantal keer voor. De resultaten komen overeen met bovenstaande observaties: Trouw gebruikt altijd meervoud, De Volkskrant uitsluitend enkelvoud. In De Telegraaf komt NS maar drie keer voor, maar telkens met enkelvoud.

Tot dusverre weinig aan de hand. Maar in de NRC-data staat iets vreemds. In drie artikelen wordt enkelvoud gebruikt, maar in één artikel juist alleen meervoud. En het wordt nog vreemder. In het corpus zitten namelijk twee berichten van 12 december 2002. Daarin staat het volgende:

De NS schrappen opnieuw 440 arbeidsplaatsen.
De Nederlandse Spoorwegen schrapt 440 voltijds arbeidsplaatsen.

NS schrapt 440 arbeidsplaatsen
De Nederlandse Spoorwegen schrappen 440 arbeidsplaatsen om 50 miljoen euro uit te sparen.

De kop zal door iemand anders zijn gemaakt dan de broodtekst, daarmee is al iets verklaard. Maar verder is er niets duidelijk. Men gaat twee keer in tegen de eigen geboden, en bovendien met een zeldzame Spoorwegen + enkelvoud. Heel vreemd.

Al met al lijkt de NS tegenwoordig meer als enkelvoud dan als meervoud te worden opgevat. Of dat vroeger ook zo was is onduidelijk. Totdat ik toegang heb tot meer taaldata kan ik daar geen uitspraken over doen. Die data gaan er komen, en de uitspraken ook. Over de NS, maar ook over een heleboel andere grammaticale problemen. Voor nu ben ik vooral benieuwd naar jullie eigen gebruik en intuïties. Ik ervaar die kop van Trouw als best vreemd. Jullie gedachten?

PS Ik zit inmiddels ook op Twitter, @MartenvdMeulen

10 gedachten over “De NS wil/wilden: is NS nou enkelvoud of meervoud?

  1. Ik ga ervan uit dat bij gebruik van de afkorting een zelfstandig naamwoord ontstaat (NS, VN, VS) wat enkelvoud rechtvaardigt. Bij het volledig schrijven van de naam ontstaat automatisch een meervouds vorm.

    Like

    1. Dat is inderdaad een manier om er naar te kijken. Toch zijn er mensen die zeggen dat je bij zulke afkortingen moet kijken naar de woorden waar de afkorting voor staat, en dat je je daarnaar moet richten. Zo is ook meervoud te rechtvaardigen.

      Like

  2. Ik denk dat je eerdere advies “Volg je hart” de kern aangeeft waarom enkelvoud toeneemt.
    Een dergelijke afkorting die niet meer in gedachten “uitgeschreven” wordt verliest zijn meervouds-gevoel.
    Algemeen: hoe sterker een begrip als 1 ding gevoeld wordt, hoe eerder men enkelvoud zal gebruiken. (Zou dit verklaren, dat op het afkortingen-heavy Twitter het hoogste percentage gevonden werd?)
    De taallogica functioneert daarbij als een weerstand, die de overhand heeft wanneer het begrip uitgeschreven wordt.
    Zo gezien lijkt het logisch, dat gebruik van enkelvoud alleen maar toeneemt. Hoe langer een afkorting bestaat, hoe meer tijd men immers heeft gehad om de uitgeschreven betekenis te vergeten – of geldt het ook voor pas ontstane afkortingen?

    Andersom werkt het trouwens ook, wanneer groepswoorden sterk als meervoud gevoeld worden. In het Duits gebruikt men bij popgroepen e.d. zelfs altijd de meervoudsvorm van het werkwoord.

    Like

    1. Beste gevangasteren, dank voor je opmerking. Laat ik vooropstellen dat ‘volg je hart’ een grapje was, zie ook het achterliggende GIFje. Ik denk dat je gelijk hebt dat dergelijke afkortingen niet meer worden uitgeschreven, en dus meervouds-gevoel verliezen. Ik zou alleen het woord ‘taallogica’ niet zo snel gebruiken, want taal is zelden logisch.
      Overigens is ook de laatste opmerkingen interessant: die kan verklaren waarom ‘een aantal mensen’ ook als meervoud wordt gevoeld.

      Like

  3. “Wat gebeurt er in 2002 in het NRC?” Het NRC? Als het lidwoord ‘het’ is, moet ‘NRC’ voor NRC Handelsblad staan. Vanwege de tweeslachtigheid van ‘courant’ en ‘blad’ besloot de krant na de fusie dan maar geen lidwoord meer te gebruiken voor NRC-Handelsblad. Complicatie is dat NRC tegenwoordig, ondanks de verhuizing naar Amsterdam – de vroegere thuisbasis van het Handelsblad – die aanduiding van Handelsblad niet meer gebruikt zonder dat de naam officieel is gewijzigd, voor zover mij bekend.

    Like

    1. Beste willemkr. “Als het lidwoord ‘het’ is, moet ‘NRC’ voor NRC Handelsblad staan.” Dat is een manier om ertegenaan te kijken. Ik ben me bewust van het feit dat NRC er zelf voor kiest om geen lidwoord te gebruiken. Maar ik gebruik ‘het’, omdat ik daaraan gewend ben. Anderen gebruiken ‘de’, al dan niet vanwege de reden die jij aanhaalt. Ik heb daar geen enkel probleem mee, er zijn zat woorden die met beide lidwoorden kunnen voorkomen. http://ans.ruhosting.nl/e-ans/03/03/02/04/02/body.html

      Like

  4. Over NS met meer- of enkelvoud – doet mij aan Brits en Amerikaans Engels denken. Waar de Briten: the police say en de Amerikanen: the police says zeggen (even vereenvoudigd).
    Gewaagd ideetje: Neemt Nederland weer een Amerikaans gebruik over?

    Like

    1. Interessant, dat wist ik niet, van police in Brits vs Amerikaans Engels. Maar dat wij dat overnemen lijkt me volstrekt onwaarschijnlijk. De oorzaak voor enkelvoud is heel begrijpelijk: zoals gevangsteren al zegt in zijn commentaar is het veel waarschijnlijker dat de oorspronkelijke betekenis vervaagt. Als je overigens wil vergelijken, kun je misschien beter kijken naar de manier waarop afkortingen in het Engels worden behandeld. Bijvoorbeeld “the UN”: voor zover ik kan beoordelen wordt dat zowel in het Brits als in het Amerikaans Engels als enkelvoud opgevat. In het Nederlands is dit ook een gebruiksprobleem, vergelijkbaar met NS. Maar om te bewijzen dat het Nederlands het Engels volgt, moet je kunnen bewijzen dat dit fenomeen eerst in het Engels plaatsvond, en daarna pas in het Nederlands. Dat lijkt me niet het geval.

      En tenslotte: je zegt ‘weer een Amerikaans gebruik’. De gedachte heerst dat dit vaker voorkomt in taal, bijvoorbeeld bij ‘meest grote’ en het gebruik van spaties. Er is echter geen enkel bewijs dat dit soort ontwikkelingen gebeuren onder invloed van het (Amerikaans) Engels. Ik zou willen dat iemand er onderzoek naar deed, maar dat gebeurt niet. Totdat dat er is, lijkt het me te vroeg om van Engelse invloed te spreken. Maar dat geheel terzijde 😉

      Like

Plaats een reactie