Nederland of Holland?

Ik ben de komende tijd af en toe in het buitenland. Gevraagd waar ik vandaan kom antwoord ik in het Engels steevast ‘Holland’. Dat vind ik nou eenmaal makkelijker uit te spreken. Bovendien is het geografisch correct: ik ben Hagenees en kom dus ook uit dat deel van Nederland dat traditioneel ‘Holland’ wordt genoemd. Maar is het in algemene zin ook goed? Bedoel ik niet eigenlijk Nederland? Er zijn mensen die daar boos van worden, hoewel ze moeilijker te vinden zijn dan ik dacht. Hoe dan ook ben ik mijn taaladviescorpus ook weleens een advies hierover tegengekomen:

Nederland(s) en Holland(s) zijn synoniem. Met het woord Holland bedoelt men nooit de combinatie Noord- en Zuid-Holland. „Is, Neêrland, dit uw beeld?” vraagt Helmers in zijn gedicht De Hollandsche Natie. De Nederlandse maagd en een Hollandse jongen, de Nederlandse Leeuw en de Hollandse haring. (Charivarius 1940:42)

Gebruik liever Nederland, Nederlandsch en Nederlander als u ons vaderland en zijn bewoners bedoelt, en Holland, Hollandschen, Hollander alleen ter aanduiding van de provincies Noord-Holland en Zuid-Holland. (Taalclub 1943:65)

Wij dienen, sprekend over ons land, de term [Holland] te vermijden. (Apeldoorn & Pot 1983:142)

Hollands = van/uit Noord- en/of Zuid-Holland Nederlands = van/uit Nederland
* Duitsland importeert veel Hollandse landbouwproducten.
Duitsland importeert veel Nederlandse landbouwproducten.
* Holland wint hopelijk van Italië.
Nederland wint hopelijk van Italië. (Van der Pol 1996:192)

Het is een vrij zeldzaam probleem, met maar vier voorkomens (als iemand er nog eentje kent houd ik me aanbevolen), maar toch is het interessant. Allereerst is het boeiend dat juist Charivarius, vaak genoemd als een van de eerste taaladviseurs, op dit punt vrije variatie toestaat. Dat toestaan van variatie gaat al in tegen het theoretische uitgangspunt van Milroy en Milroy waar ik laatst over schreef. Ten tweede is het boeiend dat er ook in 1940 variatie mogelijk was. Er wordt wel gezegd dat de taaladviestraditie minder streng wordt (bijvoorbeeld door Haeseryn 1999:237-238). Zulke uitspraken gaan voorbij aan twee feiten: dat taaladvies niet uniform is, en dat er ook vroeger al wel coulance was op een aantal vlakken. Vergelijk dit advies:

Na de vergrotende trap (comparatief) en na ander(e), anders, elders, nergens, niemand niet(s), nooit zijn dan en als even correct (Smeyers 1955:25)

Dit citaat laat ook zien dat sommige taaladviseurs vroeger op sommige punten ruimhartiger waren ten opzichte van variatie dan nu. Dit lijkt ook voor Nederland/Holland op te gaan: de andere drie bovengenoemde adviezen zijn strenger dan Charivarius. Een interessante ontwikkeling, waar ik hopelijk binnenkort meer over kan zeggen (er is een paper under review).

Dit variatiepaar is opnieuw ook qua argumentatie interessant. Duidelijk is dat er mensen zijn die Holland gebruiken in de betekenis van Nederland. Hoeveel dit er zijn is onduidelijk: daar heeft geen taaladviseurs ooit onderzoek naar gedaan (uitspraken als ‘je hoort het steeds vaker’ ten spijt). Charivarius lijkt zich op dit gebruik te baseren: ze worden als synoniemen gebruikt, dus dat kan best. De anderen vinden het niks: er is nou eenmaal een onderscheid, daar heb je je aan te houden. Dit is volgens mij indicatief voor veel taaladvies: er zijn altijd mensen die het nodig vinden bepaalde vrije variatie te onderdrukken door een al dan niet bestaand onderscheid te benadrukken. Hier is best iets voor te zeggen voor het onderscheid: je kunt een betekenisverschil beargumenteren op geografische en historische gronden. Maar je kunt ook vanuit gebruik en begrip redeneren. Dan is Holland niet per se een probleem. Zoals zo vaak hangt het er maar net vanaf wat je belangrijk vindt.

Ik blijf het gewoon ‘Holland’ noemen in het Engels. Mijn argumenten: het levert geen begripsproblemen op, en het vergemakkelijkt de communicatie, omdat ik geen krampachtige uitspraak hoef te bezigen. In het Nederlands houd ik het op Nederland, maar als iemand Holland wil zeggen, doe je ding. Vrije variatie, helemaal zo gek nog niet.

5 gedachten over “Nederland of Holland?

  1. Gedurende een aantal maanden per jaar verblijf, ja woon ik in een grote stad in Queensland-Australië. Gevraagd waar ik vandaan kom (mijn accent verraadt onmiddellijk dat dit niet mijn land van herkomst is), antwoord ik steevast (‘in het Engels’ lijkt me in dit verband een pleonasme): ‘from the Netherlands’.
    Van huis uit Hagenaar (inderdaad: van op ’t zand) woon ik sinds 1974 in Maastricht waar ‘Holland’ een buitengewoon pejoratieve betekenis heeft. Dat mijn leerlingen me -als hun leraar Nederlands- ‘een Hollander’ noemden, wilde (dan ook) onderstrepen, dat ik er niet echt bij hoorde, een buitenstaander was en bleef in het Maastrichtse waar wat/wie ‘uit Holland’ komt, niet echt kan deugen. Dus zeg nooit tegen een Limburger c.q. Maastrichtenaar dat hij ‘een Hollander’ is, tenzij je erop uit bent hem diep te kwetsen. ‘Hup Holland, hup’ zul je zo iemand trouwens niet snel horen zingen en het is voor hem een zegen, dat dit vers deze maand niet vanaf een Russische tribune op het afwezige Nederlandse elftal neerdaalt.
    Mijn ‘from the Netherlands’ wordt steevast vertaald als ‘Ah, from Holland!’ met de ondertoon ‘doe niet zo moeilijk en zeg dat dan gewoon’ hetgeen me de gelegenheid biedt de leraar Nederlands te zijn die ik was en altijd zal blijven of retorisch vragenderwijs: ‘Corrigeren jullie een Schot of een Welshman met een “Ah, from England”, wanneer die meldt uit Aberdeen of Swansea te komen? Daarna herleid ik het betekenisverschil tot zijn historische en geografische wortels, niet te beroerd onze driekleur al was het maar symbolisch op Australische bodem te laten wapperen waar ‘wij’ immers als ‘eersten’ (want de ‘indigenous’ gingen ‘ons’ 70.000 jaren geleden voor) voet aan wal zetten (bovendien is Van Marwijk de coach van de ‘Socceroos’ waardoor ‘we’ er daar in Rusland zo dadelijk toch even bij zijn). Helemaal verwarrend wordt het, wanneer ik het woord ‘dutchman’ (minus het ‘flying’ ) laat vallen maar vanuit het Gotische ‘thiuda’ en via het Middelnederlandse ‘diets’ en het Wilhelminische ‘duutsen’ (sic) komen we een heel eind en voor ik weet, sta ik uit volle borst het Wilhelmus te zingen (in gedachten zie ik Sybrand van Haersma Buma die uit Friesland komt, goedkeurend knikken). En dit alles in het Engels: alsof ik niet maar een leraar Nederlands maar een docent aan ‘Maastricht University in the Netherlands’ ben.

    Like

    1. Beste Peter J.I. Flaton, dank voor je interessante bijdrage. Je kiest dus voor ‘the Netherlands’: de th-klank levert je misschien minder problemen op dan mij. Ik weet niet zeker of ik de vergelijking tussen Holland en Wales/Schotland vind opgaan. Die geoagrafische gebieden hebben een veel hogere mate van autonomie dan Holland, dat immers alleen een historische eenheid is: er is geen enkel bestuursorgaan dat zich richt op de gezamenlijke Hollanden. Het punt over de Limburgers werd ook op Facebook gemaakt. Zeer interessant: er is, denk ik, geen Hollander die zich als zodanig identificeert. Hollander is hier dus een term die alleen van buiten wordt opgelegd (vergelijk ook ‘hipster’).

      Like

  2. Wij mogen misschien denken dat André Rieu Limburger is, maar ik heb hem op Duitse tv horen zeggen: “Ich bin ein Holländer.”
    Rudi Carrell heb ik daar overigens nog eens horen zeggen: “Ich bin Deutscher, nur mein Akzent ist holländisch.”

    Like

      1. Het accent van Carrell bedoel je? Ik denk dat hij daar nooit aan gewerkt heeft. In Duitsland werd wel gegrapt: “Der hat seinen holländischen Akzent versichern lassen.” Misschien vinden op z’n minst sommige Duitsers het wel charmant.
        Van een Engelse boekverkoopster kreeg ik nog eens te horen: “Losing your accent is losing your personality.” Ik ben het daar niet mee eens.

        Like

Plaats een reactie